Bechoekotai | Trots en toch bescheiden, hoe doe je dat?

Bechoekotai | Trots en toch bescheiden, hoe doe je dat?

Welke positie je ook hebt, weet waar je talenten vandaan komen opdat je bescheiden blijft en niet op anderen neerkijkt. Respecteer je medemens, oordeel hem ten goede en deel je bezittingen!

Download hier een printversie van dit artikel (PDF)

De Talmoed vertelt ons het volgende verhaal (Shabbat 127 b) : Op een dag ging een man uit het noorden van Israel naar het zuiden om drie jaar lang daar te werken. Aan het einde van deze periode, op de dag voor Yom Kipoer, zei hij tegen zijn werkgever: ”Geef mij mijn salaris en ik zal huiswaarts keren om mijn vrouw en kinderen te eten te geven.” 

De werkgever zei tegen hem: “Ik heb geen geld om jou te betalen”.
-“Geef mij dan maar fruit.” zei de werknemer.
-“Ik heb geen fruit.”
-“Geef mij dan maar land.”
-“Ik heb geen land.”
-“Geef mij dieren.”
-“Ik heb geen dieren.”
-“Geef mij kussens en dekens.”
-“Ik heb geen kussens en dekens.”

De man hing zijn gereedschap over zijn schouders en ging teleurgesteld naar huis.
Na de feestdagen reisde de werkgever naar het noorden waar zijn werknemer woonde met het salaris en drie ezels. De eerste ezel was volgeladen met voedsel, de tweede met drinken en de derde met lekkernijen. Samen hebben ze gegeten en gedronken en de werkgever heeft het salaris uitbetaald. Daarna vroeg de werkgever: “Toen je mij om jouw salaris vroeg en ik je zei dat ik geen geld had, waar heb je mij toen van verdacht?”

Verdacht

 -“Ik dacht”, zei de werknemer, “dat jij voor een aantrekkelijke prijs goederen had ingekocht en jij al je geld had geïnvesteerd”.
-“En toen jij zei: “Geef mij dieren” en ik zei: “Ik heb geen dieren”, waar heb je mij toen van verdacht?”
-“Ik dacht dat de dieren misschien aan anderen verhuurd waren.”

De werkgever vroeg: “Toen je tegen mij zei: “Geef mij land” en ik zei: “Ik heb geen land”, waar heb je mij van verdacht?”
– Ik dacht: “Misschien is het land aan anderen verhuurd.”
-“En toen ik zei dat ik geen vruchten had, waar heb je mij van verdacht?“
-“Ik dacht dat je misschien de tiende (10% die men van zijn oogst opzij moest zetten alvorens men er gebruik van kon maken) er nog niet van afgetrokken had.”
-“En toen ik zei dat ik geen kussens en dekens had, waar heb je mij van verdacht?“
– “Ik dacht: “Misschien heeft hij al zijn bezittingen aan de tempel beloofd”.

De werkgever zei: “Ik zweer je dat dit precies is wat er gebeurd is. Ik had al mijn bezittingen aan de tempel beloofd vanwege Hurkanus, mijn zoon, die geen Torah leerde. Toen ik bij mijn vrienden in het zuiden kwam hebben ze mij van mijn belofte vrijgemaakt”. De werkgever zei: “En net zoals je mij positief beoordeeld hebt, zal G-d jou positief berechten”.

Tot zover het verhaal uit de Talmoed.

Elke situatie kan op een positieve of negatieve manier geïnterpreteerd worden. Hoe je over anderen denkt zegt eigenlijk meer over jezelf dan over de persoon die je beoordeelt. Als je lekker in je vel zit, je eigen leven op een positieve manier bekijkt en ruim denkt, dan zal je deze houding ook bij anderen kunnen toepassen. Hoe je zelf in het leven staat bepaalt hoe je naar anderen kijkt.

Oordeel niet

De Torah zit vol met verhalen, geboden en verboden, maar nog voordat je de Torah rol überhaupt opent en eruit gaat leren, kun je al inzicht krijgen welke houding een mens aan moet nemen. Alleen al de plaats op aarde waar de Torah gegeven werd, bevat een waardevolle les. De Sinai, een simpele, lage berg in een woestijn, bleek de meest ideale plek in de wereld te zijn om een gigantische hoeveelheid levenslessen aan de mensheid te geven.

G-d koos de Sinai om daar de Torah op te geven, maar eigenlijk is deze berg helemaal niet zo bijzonder, integendeel. De Midrash vertelt ons hoe de bergen met elkaar concurreerden omdat elke berg wilde dat de Torah op hem gegeven zou worden. Elke berg liet zien waarom hij meer geschikt was dan de ander. Alleen de berg Sinai deed aan deze discussie niet mee omdat hij van mening was dat hij geen kans maakte. Het was een lage berg waar maar weinig op groeide.

Toch had G-d een hele goede reden om juist deze lage, kale berg te kiezen. Het was om aan te tonen hoe belangrijk het is om bescheiden te zijn. Een bescheiden persoon is niet vol van zichzelf. Hij stelt zich nederig op en maakt daardoor ruimte voor een ander. Denk niet dat je het altijd beter weet of dat je beter bent. Oordeel niet.

Kijk bijvoorbeeld naar die man die met zijn kinderen de metro instapte. Iedereen zat rustig voor zich uit te staren of een krant te lezen, maar de kinderen verstoorden de rust. Ze renden van de ene kant van de wagon naar de andere, maakten een hoop kabaal en vielen hun medepassagiers lastig. Tot overmaat van ramp zei de vader niets tegen zijn kinderen. Hij liet ze hun gang gaan en leek niet eens hun wangedrag te bemerken. De irritatie bij de medepassagiers escaleerde en uiteindelijk vroeg iemand aan de papa of hij misschien zijn kindjes tot de orde kon brengen. De man keek op, realiseerde zich wat er gaande was en zei: “Oh ja, je hebt gelijk. Ik moet hier wel iets aan doen. We komen net terug uit het ziekenhuis waar hun moeder een uur geleden overleden is. Ik weet niet zo goed wat ik hiervan moet denken of hoe ik mijn kinderen kan helpen om dit te verwerken…”.

Als een mens bescheiden is dan beoordeelt hij een ander positief. Hij maakt ruimte voor zijn medemens en voor G-d. Niet dat G-d ruimte nodig heeft, maar als wij Hem willen tegenkomen in ons leven, dan is het natuurlijk wel handig om ruimte voor Hem te maken, anders is Hij er wel, maar laat hij zich niet zien.

Bechoekotai

In Parashat Bechoekotai komen de volgende onderwerpen aan de orde:

  1. Hoe G-d ons zegent wanneer wij ons aan Zijn geboden houden.
  2. De meest vreselijke vloeken wanneer wij de geboden overtreden.
  3. Hoe je de geldwaarde van een mens kan uitrekenen als je dat bedrag aan de tempel wenst te doneren.
  4. Hoe je een dier aan de tempel kan doneren.
  5. Hoe je je huis of veld of de waarde ervan aan de tempel kunt schenken.
  6. Het geven van 10% van je oogst en één dier op de tien aan de priesters.

Na de vloeken (2), worden de donaties aan de tempel (3) besproken. Men kon bijvoorbeeld een gift geven in de vorm van de waarde van een mens. Maar hoe reken je de waarde van een mens uit? Dit werd uitgerekend aan de hand van de leeftijd en ook of het om een man of een vrouw ging. De bedragen vertegenwoordigden natuurlijk niet de werkelijke, onschatbare waarde van een persoon, maar waren zuiver een symbolisch bedrag om een bepaalde som geld te geven.

Als een man tussen de 20 en 60 jaar was, kon hij zijn eigen waarde aan de tempel geven door 50 zilveren Shekalim te betalen. Voor een jongen van 5 jaar gold een donatie van 20 Shekel en voor een jongen van 1 jaar, 5 Shekel. Of hij nou voorzitter van een multinationaal bedrijf was of een straatveger, voor de tempel was zijn waarde gelijk. Noch zijn rijkdom noch zijn prestaties wogen in deze beslissing mee.

Waardevolle lessen

Niet alleen schuilen er waardevolle lessen in de verhalen en wetten van de Torah, maar zelfs in de volgorde waarin deze in de Torah besproken worden zit er een eeuwige boodschap. Nu kunnen we de vraag stellen waarom de geldwaarde van een mens behandeld wordt meteen nadat alle vloeken worden opgenoemd?

De Torah geeft hiermee een signaal af: Wil je je beschermen tegen allerlei misères en ziektes? Wees het vóór en besteed een deel van je geld aan de tempel of aan een ander goed doel in plaats van aan een dokter of ziekenhuis.

Bij het bepalen van de waarde van mannen, vrouwen en kinderen worden de volgende bedragen genoemd: 50, 30, 20, 10, 5, 3, 15 en 10 Shekel. De Ba’al Hatoerim merkt op dat het totaal van deze bedragen 143 is. En dat is precies het aantal vloeken in de Torah voor het niet volgen van de geboden waarvan er 45 in onze Parasha Bechoekotai staan en 98 in Kie Tawo (Dewariem). Geld geven is kennelijk dé bescherming tegen allerlei narigheden.

De Kotsker Rebbe leert ons een andere les. Waarom wordt de waarde van een mens berekend meteen na het opnoemen van alle vloeken, vervolgingen, ziektes en ellende? Daarin ligt het geheim van de overleving van het Joodse volk. Keer op keer zijn we verdreven, vervolgd en vernietigd. Maar op de één of andere manier hebben wij allemaal onze onschatbare waarde weten te koesteren en te bewaren. Waar halen wij de kracht vandaan? Elk ander volk dat onder gelijke omstandigheden heeft geleefd is van de kaart verdwenen. Hoe verklaren wij ons voortbestaan? Eeuw in, eeuw uit? Het antwoord ligt in deze parasha. Na de meest gruwelijke ellende vertelt de Torah ons dat elk mens waarde heeft. Het is niet de vijand en zijn gebrek aan respect die onze waarde bepaalt, maar Diegene die ons gemaakt en gevormd heeft.

Ook in de 21ste eeuw kunnen wij deze boodschap ter harte nemen. Velen van ons voelen zich vanbinnen verwoest. Misschien zijn we misbruikt of hebben wij een enorm verlies geleden. Maar wij mensen hebben een bepaalde vaste waarde die onafhankelijk is van wat er met ons gebeurd is. En die waarde kan een bijdrage leveren aan het meest heilige plan van de wereld dat door de tempel vertegenwoordigd wordt. Hoe zwaar jouw leven was of is, jouw menselijke waarde blijft hetzelfde.

Geld geven

Tsedakah-busje mét molen in Jeruzalem

En hoe krijg je jezelf zover om geld weg te geven? Wie motiveert je? Als je bescheiden bent en niet vindt dat alles jou per se toekomt, dan kun je ook makkelijk tsedaka geven, zoals onze werkgever in het verhaal hierboven, die alles aan de tempel beloofd had. Je kunt zelfs, vertelt onze parasha, je eigen waarde aan de tempel geven.

Bescheidenheid leren wij van de plek waar de Torah gegeven is, namelijk een lage berg die Sinai heet. Je zou je kunnen afvragen waarom G-d überhaupt een berg koos als Hij nederigheid zo wilde benadrukken. Waarom niet in ons platte kikkerlandje of nog beter in een dal of vallei?

De berg Sinai geeft ons een bescheiden, maar ook een krachtige les. De berg is wel noodzakelijk om ons te leren dat we ons niet moeten laten platwalsen door andere mensen die ons misschien uitlachen of zelfs vragen waarom we niet meedoen met de rest van de maatschappij. Waarom gedragen wij ons niet zoals ieder ander? Waarom gaan we niet gemengd zwemmen en op zaterdag gewoon boodschappen doen? Dat zou toch allemaal veel handiger en simpeler zijn? Waarom gedragen wij ons anders, vragen onze buren zich af.

We laten onszelf de grond niet inboren. Enerzijds weten wij wat we waard zijn. Anderzijds passen wij de “Moshe Rabenoe” regel toe. Over hem is namelijk bekend dat hij de meest bescheiden man op aarde was. De Torah in Bamidbar (12-3) getuigt hiervan:

“והאיש משה ענו מאד מכל האדם אשר על פני האדמה”

“En de man Moshe, was zeer bescheiden, meer dan ieder mens op aarde.” 

Prestatie

Hoe heeft hij dat klaargespeeld? Was hij niet trots op zichzelf? Besefte hij niet welke vooraanstaande rol hij in zijn generatie speelde en in wezen in de hele geschiedenis? Wij zijn inmiddels meer dan 3000 jaar verder en iedereen weet nog steeds wie Moshe was. Hij werd door G-d gekozen om het Joodse volk uit Egypte te bevrijden! Hij heeft de Torah hoogstpersoonlijk in ontvangst genomen! Hij heeft het Joodse volk 40 jaar door de woestijn geleid. Dit was misschien wel zijn grootste prestatie! Je zou toch maar drie miljoen Joden met je mee op reis nemen. U kent toch het gesprek tussen de Amerikaanse president en zijn Israëlische collega?

De president van de VS: “Ik heb het heel erg zwaar. Mijn land is gigantisch groot en ik moet hier leiding geven aan miljoenen inwoners”. “Oh”, zegt de Israëlische president, “dat is niets. Ik moet een land besturen die uit miljoenen presidenten bestaat!”

Moshe Rabenoe had de hoogste positie ooit. Het ging zelfs zo ver dat de Torah getuigt van het feit dat het Joodse volk in G-d geloofde én in Moshe, Zijn dienaar (zie Shemot 14-31). Toch wist Moshe zich bescheiden op te stellen. Hij was er namelijk van overtuigd dat, als andere mensen op aarde zijn gaven en mogelijkheden zouden hebben gehad, zij beter zouden hebben gepresteerd dan hij.

Dat is precies de boodschap van de berg Sinai. Enerzijds is het een berg en dat wijst op hoogte, kracht en aanzien. Anderzijds is deze berg laag en dat vertegenwoordigt bescheidenheid. We weten wat we waard zijn. We hebben kracht en aanzien. We zijn ons ervan bewust dat wij een unieke bijdrage kunnen en horen te leveren aan de maatschappij. We laten ons niet door vijanden intimideren. Spotters en belagers worden genegeerd. Tegelijkertijd weten wij dat onze talenten en begaafdheden door G-d aan ons geschonken zijn. We zijn er blij mee en dankbaar voor dat we ze ten goede mogen gebruiken. Zo zorgen wij ervoor dat we bescheiden blijven waardoor wij ruimte maken voor anderen. Het geven aan goede doelen wordt hierdoor een natuurlijke manier van leven, net zoals het positief beoordelen van onze medemens. Een waardevolle les!

Bracha Heintz

Klik hier om wekelijks per WhatsApp een artikel te ontvangen!

Gebaseerd op een les Rav YY Jacobson  

Opmaak Rianne Meijer en Sonja Tamam en Devorah van der Heiden

www.chabadutrecht.nl

Wil je geven aan een goed doel? Help dan mee om de continuïteit van deze artikelen te waarborgen. Door te sponsoren word je een actieve partner en steun je ook verdere activiteiten! Doneren kan hier op chabadutrecht.nl/doneren.

Comments are closed.